Nu de vakantie voor de meeste Nederlanders weer is aangebroken, gaan we graag goed geïnformeerd op pad. Tegenwoordig kan men natuurlijk allerlei informatie digitaal vergaren en uitprinten. Gaat men echter naar een reisbureau, dan is de voorpret van de vakantie al begonnen met het meenemen van de kleurrijke reisgidsen.
In de 19e en 20e eeuw ging men goed voorbereid op reis met de Baedeker reisgidsen.
De Baedeker reisgidsen
De Baedeker zette de standaard voor wat we nu van een reisgids zijn gaan verwachten: herkenbaarheid en een handzaam formaat, zodat je die makkelijk mee kunt nemen. Het afwijkende formaat maakte dat de Baedeker in de jaszak meegedragen kon worden en het omslag kon tegen een stootje.
Vanaf de jaren vijftig van de negentiende eeuw was de gids voorzien van rode stofomslag met karakteristieke gouden letters en gemarmerde sneden. De zijden lintjes zorgden ervoor dat je makkelijk terug kon keren naar waar je gebleven was. Het kleine robuuste boekje puilde uit van nuttige adviezen die we inmiddels normaal zijn gaan vinden, zoals gedetailleerde en accurate kaarten, plattegronden, woordenlijsten, stratenboeken, lijsten van geschikte hotels en adviezen hoe om te gaan met culturele gebruiken, zoals de hoogte van fooien. Bladeren door Baedeker is als reizen naar andere plaatsen in andere tijden.
Bovenstaand fragment werd overgenomen uit een weblog van Kirsten Hulsker, collectie specialist bij de Koninklijke Bibliotheek te Den Haag.
Lees haar uitgebreid weblog over de Baedeker reisgidsen.
Bron: Website Koninklijke Bibliotheek weblog Kirsten Hulsker